Het FD besteedt vaak artikelen aan govenance en het is op 14 januari niet de eerste keer dat de zogenaamde ‘soft skills’ van toezichthouders beschreven worden. Het atikel is uit mijn hart gegrepen want het onderbouwt mijn mening dat het gedrag aan de top van de organisatie bepalend is voor de bedrijfscultuur en daarmee ook voor aspecten zoals  kwaliteit, soberheid en integriteit. Het lijkt eenvoudig, maar het levert ook dilemma’s op. Een dilemma uit ‘Reflectie & Governance‘ (p.73): ‘Een baas vraagt zijn secretaresse een kopietje te maken van zijn paspoort. Die heeft hij nodig voor een vakantieboeking. Een kopie kost misschien 10 cent. Mag dit? Een medewerker maakt een dag later 20 kopietjes van de notulen van het bestuur van de voetbalvereniging. Mag dat? Weer een andere medewerker kopieert de partituur van het nieuwste muziekstuk van de harmonie. Het zijn maar 120 kopietjes…. Waarom vinden wij dat ene kopietje van de baas geen probleem en die 120 kopietjes voor de harmonie wel? Waar ligt de grens?

In het FD schrijft Frans Cremers over oraties van enkele hoogleraren, waaronder die van Prof. dr. E. van de Loo van TIAS die schrijft over goede leiders met nederig gedrag en moed om de waarheid te bepreken (in het oude Grieks: Parrhêsia). Van de Loo beschouwt deze kenmerken als een wapen tegen narcisme, zelfoverschatting en groepsgedrag. Bij de publicaties op deze website kunt u de oratie vinden als ook een samenvatting van mijn hand.